De verkiezingscampagne van 1952

Door Anne Bos, Centrum voor Parlementaire Geschiedenis

Zestig jaar geleden, dat is nog niet eens een mensenleven terug. Toch zijn de verschillen met 2012 groot. Hoe verliep de campagne in de wereld van eergisteren? Welke thema’s speelden er en door wie werden de partijen aangevoerd? In het onderstaande artikel uit Het kabinet Drees III. Barsten in de brede basis zetten Peter van der Heiden en Johan van Merriënboer van het CPG uiteen hoe de verkiezingen van 1952 verliepen. Opvallende overeenkomst met de campagne van deze zomer is de aandacht voor Europa, hoewel op een tegenovergestelde manier dan vandaag de dag. De Tweede Wereldoorlog lag vers in het geheugen. Met de oprichting van de NAVO in 1949 had de internationale samenwerking een krachtige impuls gekregen. Bijna alle partijen stelden het bevorderen van de eenheid van Europa als prioriteit nummer één in hun verkiezingsprogramma’s. De ARP was wat gereserveerder dan de VVD, PvdA en CHU; de antirevolutionairen schreven weliswaar dat zij economische en militaire samenwerking in West Europa wilden bevorderen, maar ook dat ‘het eigen nationale leven in volle vrijheid en zelfstandigheid gehandhaafd[moest] worden’.

De campagne kende nauwelijks grote thema’s en niemand verwachtte grote electorale verschuivingen. De partijen waren het erover eens dat de wederopbouw na de Tweede Wereldoorlog economisch bijna voltooid was, op de woningbouw na. De overheid kon wat meer aan maatschappij en markt overlaten. De VVD zette zich af tegen het paternalisme van vooral de PvdA en voerde campagne met de leus: ‘Weg…met de te hoge belastingdruk. Stemt Oud lijst 5’. De KVP, onder leiding van Romme, nam het als favoriet op tegen de PvdA van Drees. Drees won, zij het op aantal stemmen. Beide partijen verwierven 30 zetels. In september 1952 vormden PvdA, KVP, ARP en CHU een brede basiscoalitie, steunend op 81 van de 100 zetels in de Tweede Kamer.

Deze bijdrage verscheen in 'De Hofvijver' nr. 18 d.d. 25 juni 2012.