Catalonië: terechte vrijheidsdrang of ongezond populisme?

maandag 30 oktober 2017, analyse van dhr. dr. Matthijs Lok

Het Catalaanse streven naar volledige onafhankelijkheid kan uiteindelijk alleen een negatief effect hebben op de regio zelf en op de rest van Europa. Weinigen in de EU zitten te wachten op een verdere versplintering van de Unie. Toch slagen Catalaanse separatisten erin de eigen slachtofferrol te benadrukken tegenover de autoritaire Spaanse regering. Een zoektocht naar de wortels van dit Catalaanse nationalisme en de gevaren van nationaal slachtofferschap.

Afgelopen jaar bezocht ik voor het eerste Barcelona. Naast de historische gebouwen, aangename atmosfeer en stranden, werd ik vooral getroffen door de vele zichtbare uitingen van Catalaans nationalisme. Overal waren vlaggen opgehangen en borden neergezet met Catalaanse leuzen. Deze op zich niet ongewone uitingen van lokale en regionale trots, werden doorgaans ook geduid vanuit een sterk slachtofferperspectief, zo observeerde ik.

Onze sympathieke Vlaamse, tot Catalaan genaturaliseerde, gids, benadrukte bij elke uitleg van een monument of historisch gebouw hoezeer de Catalanen al eeuwenlang te lijden hadden gehad van de wrede onderdrukking van de Spaanse centrale overheid. Deze Spaanse overheid had al vele eeuwen Catalonië verstikt en financieel uitgezogen. Tegenover de vrijheidslievende, nijvere en vooral ‘Europese’ Catalaan, stond de autoritaire Spaanse eenheidstaat, zo maakte hij ons vele malen duidelijk.

De Catalaanse slachtofferrol werd, bijvoorbeeld, ook sterk benadrukt in het op de nationale feestdag 11 september 2013 geopende cultuur- en herinneringscentrum El Born. Het centrum is gevestigd in een negentiende-eeuws marktgebouw. Onder het marktgebouw zijn ook de fundamenten blootgelegd van huizen en gebouwen die verwoest zijn tijdens de invasie van Spaanse troepen in 1714. In het gebouw wordt een overzicht gegeven van het leven in Barcelona in vroeger tijden voor de belegering van Barcelona en het einde van de Catalaanse zelfstandigheid binnen het Spaanse rijk. De parallel tussen 1714 en de contemporaine situatie was voor alle bezoekers onmiskenbaar.

Het belang van de ‘ander’

Dit recente Catalaanse nationalisme vertoont kenmerken van het oudere nationalisme in Europa. De Amsterdamse cultuurhistoricus Joep Leerssen heeft gewezen op de belang van de ‘ander’ in de constructie van de eigen nationale identiteit in de negentiende eeuw. In het Catalaanse geval vervult de Spaanse eenheidsstaat de rol van imagologische vijand, die de zelfidentificatie met het vrijheids- en vredelievende Catalonië mogelijk maakt. Dit motief van een nationale vrijheidsstrijd tegen een buitenlandse tiran is terug te vinden in veel nationale verhalen. Zo werd bij de vestiging van de Nederlandse monarchie in 1813, de toekomstige koning Willem I aangeprezen als de bevrijder die net als zijn voorouder Willem de Zwijger de buitenlandse dwingeland verjaagt.

Ook in de meeste Hollywood films is de held doorgaans de rebel die zich keert tegen het boosaardige keizerrijk, zoals de Verenigde Staten haar eigen oorsprong ook ziet in een strijd tegen een repressief imperiaal bestuur. Het is dan niet verwonderlijk dat de Catalaanse autonomie aanvankelijk in de Nederlandse publieke opinie op veel sympathie kon rekenen. Ook weten de Catalaanse nationalisten zichzelf goed aan te prijzen in de Nederlandse media met het motto dat Catalonië eigenlijk het ‘Nederland aan de Middellandse zee’ is – of zou kunnen worden indien het uit de klauwen van Madrid kan ontsnappen.

Een kern van waarheid

Nu is het narratief van Catalaans slachtofferschap natuurlijk ook zo krachtig omdat er een kern van waarheid in zit. De Spaanse centrale staat, erfgenaam van een enorm wereldrijk, kent een bepaalde autoritaire en imperiale traditie. In de negentiende eeuw streden het liberale en het autoritaire Spanje met elkaar. De Spaanse burgeroorlog eindigde zoals bekend met een overwinning van Franco, die zich aanvankelijk met de fascisten had geallieerd, maar zich na 1945 wist te ontpoppen tot een door de VS gesteunde autoritaire en kapitalistische anticommunist.

Ook heden ten dage leeft nog een deel van de erfenis van Franco voort in de rechtse regeringspartij. Ook de beschuldigingen van corruptie door ambtsdragers van de centrale overheid zijn niet uit de lucht gegrepen. Premier Rajoy verergert verder door zijn onverzoenlijke en repressieve houding de crisissfeer en geeft voeding aan het beeld van de centrale overheid als onderdrukker. De Spaanse koning draagt door zijn legalistische houding ook niet bij aan een oplossing van de crisis. Repressief politieoptreden is niet meer een aanvaardbare politiek in het Europa van de eenentwintigste eeuw.

Desalniettemin hoop ik toch dat in Catalonië de weg naar verdere polarisatie niet wordt voorgezet. Ongeacht bovengeschetste problemen, lijkt Catalonië en in het bijzonder Barcelona zich toch al vele jaren te ontwikkelen tot een welvarende en aangename stad die zich kennelijk ook binnen het kader van de Spaanse nationale staat goed kan handhaven in de wereldeconomie.

De vergelijking met Franco of 1714 is vergezocht en beledigend voor diegenen die geleden hebben in die perioden. De herinnering aan het eeuwenoude Catalaanse lijden is de afgelopen jaren sterk opgeroepen door de Catalaanse separatistische elite, onder meer met behulp van het oprichten van musea als die van El Born. De claim van de separatisten dat zij het ‘Catalaanse volk’ vertegenwoordigen is allereerst zeer discutabel en doet veel denken aan populistische partijen elders in Europa . Slechts een minderheid van de kiezers nam deel aan het referendum van 1 oktober jl.

Diegenen die zich verzetten tegen het separatisme of de twijfelende middengroepen worden tot zwijgen gebracht of gemarginaliseerd. In dit gepolariseerde klimaat is een tussenpositie steeds minder mogelijk. Alleen dankzij een sterke polarisatie zal een minderheid zijn wil kunnen opleggen aan een twijfelende meerderheid die zich gedwongen voelt een keuze te maken, zoals ook vele eerdere ‘revoluties’ in de Europese geschiedenis hebben laten zien.

Catalaanse utopie

De separatisten spiegelen de eigen bevolking een soort utopie voor van een samenleving waar alle problemen als sneeuw voor de zon verdwijnen indien onafhankelijkheid bereikt wordt. Het is echter een veel waarschijnlijker scenario dat een misschien geen ideale maar toch ook geen rampzalige toestand sterk verslechterd door decennialange verziekte relatie met het grote buurland en afwijzende houding van de overige EU-landen. Weinigen in de EU zitten te wachten op een verdere versplintering van de Unie door separatisten die het eigen martelaarschap benadrukken en Europese staten als buitenlandse dwingeland afschilderen.

Slachtofferschap is weliswaar een krachtige maar vooral ook een ongezonde, niet liberale en potentieel gevaarlijke basis voor een nationale of regionale identiteit. De Europese Unie heeft het terecht mogelijk gemaakt dat regio’s een sterke (bestuurlijke en culturele) autonomie kunnen ontwikkelen binnen het bredere kader van nationale staten. Het radicale en populistische streven van een minderheid naar een absolute en utopische zelfstandigheid kan alleen een negatieve effect hebben op de specifieke regio’s maar uiteindelijk ook op de rest van de Europa.

 

Dr. Matthijs Lok doceert Moderne Europese geschiedenis bij de opleiding Europese Studies (UvA)

Deze bijdrage stond in