Kennis en Europa: Verkiezingsdebat 2019

vrijdag 17 mei 2019, 17:33

DEN HAAG (PDC) - “Kennis ontwikkelen totdat we het niet meer oneens zijn, ik weet niet of we dat vóór de borrel nog gaan redden”. Zo sloot Tweede Kamerlid Martin Bosma (PVV) zijn pleidooi in de tweede debatronde 'Universiteit en Studentenmobiliteit' af. “Ik schat in dat als jij meer weet, dat je dan toch ook uiteindelijk een D66'er wordt”, reageerde Paul van Meenen (Tweede Kamerlid D66). In het licht van de aankomende Europese Parlementsverkiezingen vond op 16 mei 2019 het debat 'Kennis en Europa: Verkiezingsdebat 2019' plaats op de Universiteit Leiden, Campus Den Haag. In samenwerking met de TU Delft en de VSNU (de Vereniging van Universiteiten) organiseerde het Montesquieu Instituut een debat waar wetenschappers, Kamerleden en (kandidaat-)Europarlementariërs onder leiding van moderatoren Marleen de Rooy en Pieter Duisenberg in gesprek gingen.

De eerste ronde 'Arbeidsmarkt en Robotisering' werd ingeleid door Frank Baaijens (Rector Magnificus van de TU Eindhoven). Volgens Baaijens gaat 10 procent van de banen in Nederland verloren door robotisering. Hoe moeten nieuwe technologische ontwikkelingen gestroomlijnd worden? Moet er regelgeving komen om kwetsbare mensen te beschermen en zo ja, wie moet dit dan doen? De twee jonge kandidaat-Europarlementariërs Anil Kumar (ChristenUnie) en Jimmy Bastings (CDA) waren het over meerdere punten eens. Beiden vonden de ethiek achter technologie erg belangrijk. Technologie zou vooral een visie moeten dienen, die bijdraagt aan een betere wereld. Wat regelgeving betreft pleit Bastings voor meer Europese wet- en regelgeving. Kumar stelt dat Nederland zich proactief dient op te stellen. Hij heeft vertrouwen in de toekomst. Wel moet goed worden nagedacht over hoe men kan worden omgeschoold.

Tweede Kamerleden Paul van Meenen en Martin Bosma gingen samen met Tim van der Hagen (Rector Magnificus en Voorzitter van het College van Bestuur van de TU Delft) in debat over 'Universiteit en Studentenmobiliteit'. Hoe kunnen universiteiten aantrekkelijk blijven voor zowel Nederlandse als buitenlandse studenten? Hoe moet worden omgegaan met de internationalisering en 'verengelsing' van studies? Komt de Nederlandse taal en cultuur hierbij in het geding? Bosma pleit voor een maximum percentage buitenlandse studenten op Nederlandse universiteiten, vastgelegd in Nederlandse wetgeving. Van Meenen acht dit onwenselijk. Er zou per universiteit en studie gekeken moeten worden. Hij stelt echter wel dat internationalisering met enkel commercialisering en geld verdienen als doel op zich niet goed is.

In de laatste ronde, over Klimaat en Innovatie, werd een discussie gevoerd tussen Europarlementariër en Spitzenkandidat Bas Eickhout (GroenLinks) en Louise Fresco (Voorzitter van de Raad van Bestuur van Wageningen University & Research). Fresco gaf aan dat op veel onderwerpen, zoals kernenergie en genetische modificatie, nog een taboe heerst. Daar wil zij van af. Fresco ziet graag dat hier meer kennis over wordt gedeeld. Eickhout stelt dat er wel degelijk over zulke onderwerpen gesproken wordt, maar dat het Europees Parlement op het gebied van klimaat te weinig zeggenschap heeft om bepaalde milieumaatregelen te nemen. Eickhout wil dat Europa meer bevoegdheden krijgt op het gebied van klimaat, energie en bilaterale gascontracten. Er is volgens hem niet veel tijd voor lang nadenken over innovatie. Het verlagen van de CO2 uitstoot moet zo snel mogelijk gebeuren.

Kortom, er zijn genoeg uitdagingen voor Europese en nationale politici op het gebied van onderwijs, klimaat, en robotisering.

Bron: Kennis en Europa: Verkiezingsdebat 2019