Wat als Nederland de drie procent norm niet haalt?

Riel van

Bart van Riel, senior-beleidsmedewerker SER

Door het inzakken van de groei eind 2008 als gevolg van de bankencrisis is het overheidstekort in 2009 boven de drieprocentsnorm van het stabiliteits- en groeipact uitgekomen. Daardoor is er sprake van een buitensporig tekort. Het EU Verdrag kent een procedure om lidstaten aan te sporen om dergelijke tekorten weer terug te dringen.  Nederland heeft in 2009 van de Raad als eerste stap van deze procedure tot 2013 de tijd gekregen om het overheidstekort weer onder die drie procent te brengen. Het inzakken van de economische groei in 2011 heeft er toe geleid dat de plannen van het kabinet Rutte hiertoe moeten worden bijgesteld. Het kabinet moet nu voor 30 april bij de Europese Commissie plannen inleveren hoe het denkt om in 2013 weer aan de Europese afspraken te voldoen. Hierover wordt op dit moment door de regeringspartijen CDA en VVD samen met gedoogpartner PVV op het Catshuis overlegd. Wat gebeurt er als de deadline van 2013 niet wordt gehaald?

De buitensporige tekortprocedure, die verder is uitgewerkt in secundaire wetgeving, bestaat uit een oplopend regime van steeds dwingender aanbevelingen voor het begrotingsbeleid van de desbetreffende lidstaat en steeds zwaardere sancties bij het niet naleven daarvan. Als een lidstaat zich niet houdt aan de eerste aanbeveling van de Raad en de daarbij behorende deadline, kan een zogeheten eerste rode kaart volgen. De aanbevelingen worden dan specifieker, de termijnen waarbinnen verslag over de voortgang moet worden uitgebracht korter, en de Europese Commissie kan bij het verder negeren van de aanbevelingen en overschrijden van termijnen samen met de Europese Centrale Bank missies uitvoeren naar de betrokken lidstaat. De lidstaat komt daarmee onder curatele te staan. Ook kunnen er elke keer als de aanbevelingen worden genegeerd boetes worden opgelegd. Verwijdering uit de eurozone is volgens het Verdrag niet mogelijk (en gezien de ongetwijfeld negatieve gevolgen voor de resterende eurolanden ook niet wenselijk).

De procedure kent enige flexibiliteit door de mogelijkheid van verlenging van de deadlines met één jaar als er zich tussentijds onverwachte ongunstige economische gebeurtenissen voordoen. Volgens CBP-directeur Coen Teulings zou Nederland op basis hiervan kunnen pleiten voor uitstel tot 2014 bij het terugdringen van het tekort onder de drie procent. Ook kan bij een nieuwe aanbeveling rekening worden gehouden met de vraag of er intussen structurele hervormingen in gang zijn gezet die de langetermijnhoudbaarheid van de overheidsfinanciën verbeteren.

De financiële markten zullen ongetwijfeld reageren als Nederland zich niet aan de Europese regels blijft houden. Nederland is nu nog een veilige haven voor beleggers. Maar met een dergelijke goede reputatie kan het snel afgelopen zijn als de politiek niet in staat zou zijn om de overheidsfinanciën weer op orde te krijgen. De prijs die we hier op korte en lange termijn voor moeten betalen in de vorm van een hoge rente voor onze staatsleningen is vele malen hoger dan de boetes die we uit Brussel kunnen krijgen. Zo ver laat men het echt niet komen.

maart 2012