Kwaliteit van benzine en dieselbrandstof - Hoofdinhoud
Inhoudsopgave
Documentdatum | 27-06-2001 |
---|---|
Publicatiedatum | 07-04-2009 |
Kenmerk | 22112, 201, 8 |
Titel
Voorstel tot wijziging van Richtlijn 98/70/EEG betreffende de kwaliteit van benzine en dieselbrandstof
Datum Raadsdocument
17 mei 2001
nr. Raadsdocument
8941/01
nr. Commissiedocument
COM(2001)241 def
Eerstverantwoordelijke ministerie
VROM i.o.m. EZ, V&W
Behandelingstraject in Brussel
Raadswerkgroep Milieu, Milieuraad (presentatie 78 juni 2001)
Consequenties voor EG-begroting in EURO (per jaar)
Geen
Korte inhoud en doelstelling van het voorstel
De Commissie stelt voor om in de periode 20052011 geleidelijk en met een evenwichtige geografische spreiding zwavelvrije benzine en dieselbrandstof voor het wegverkeer te introduceren. Deze geleidelijke introductie zou idealiter parallel moeten lopen met de geleidelijke introductie in het park van voertuigen met technologie die baat heeft bij zwavelvrije brandstof, dan wel zulke brandstof nodig heeft om goed te kunnen functioneren. Daarnaast kent het voorstel een bevoegdheid toe aan de lidstaten om voor dieselbrandstof voor de niet voor de weg bestemde mobiele machines hetzelfde zwavelgehalte voor te schrijven als voor het wegverkeer, of een zwavelgehalte van 500 ppm.
Rechtsbasis van het voorstel
Art. 95 (interne markt-artikel)
Subsidiariteit, proportionaliteit, deregulering
Gezien het sterk internationale karakter van de productie van en de handel in motorbrandstoffen heeft een communautaire regeling voor de eisen inzake het zwavelgehalte en andere kwaliteitseisen de voorkeur boven mogelijk uiteenlopende nationale regelingen.
Nederlandse belangen
Geen specifiek Nederlands belang, anders dan het Nederlandse belang bij het goed functioneren van de interne markt voor milieuvriendelijke voertuigen en brandstoffen.
Consequenties voor nationale regelgeving/beleid c.q. decentrale overheden (betrokkenheid IPO/VNG)
Niet goed valt in te in te zien hoe met het beschikbare overheidsinstrumentarium het doel van het voorstel een geleidelijk groeiend aanbod met een evenwichtige geografische spreiding kan worden gerealiseerd. Het verplichten van bepaalde tankstations om deze producten te verkopen en andere tankstations (nog) niet lijkt juridisch niet haalbaar. Met het fiscale instrument kan desgewenst weliswaar de meerprijs van zwavelvrije brandstoffen worden gemitigeerd, maar geen geografisch evenwichtige spreiding van het aanbod worden afgedwongen. Over de hoeveelheden zwavelvrije benzine en dieselbrandstof die worden verkocht en over de geografische spreiding van die verkoop moeten de lidstaten jaarlijks verslag uitbrengen. Ten behoeve daarvan zal een monitoringsysteem moeten worden opgezet met een tot dusverre niet gebruikelijke geografische component.
Rol EP in de besluitvormingsprocedure
Co-decisie procedure