Europese en internationale aangelegenheden in de Tweede Kamer

Sofie Wolf is onderzoeker aan de Universiteit Maastricht.

De agenda van de Tweede Kamer is goed gevuld met onderwerpen die direct of indirect Europese of internationale aangelegenheden raken. De meeste onderwerpen worden zonder veel media-aandacht afgerond en zonder dat de burger überhaupt weet dat de door hem gekozen volksvertegenwoordigers zich met die onderwerpen bezig houden, zoals de richtlijn vrouwenquota binnen bedrijven of het op de Europese markt brengen van het genetisch gemodificeerde maisgewas 1507. Sommige onderwerpen krijgen echter wel de volle aandacht van de media en een bovengemiddelde aandacht van parlementariërs. Welk van de twee de constituerende factor is voor de ander is soms onduidelijk, de mediale kip of het politieke ei? Een drietal onderwerpen die recentelijk wel de media haalden:

Islamitische Staat

Terroristische daden en terreurdreigingen in het algemeen kunnen (terecht) altijd op veel aandacht in de Staten-Generaal en het journaal rekenen. Het meest recente voorbeeld is de nog gaande zijnde strijd tegen IS. Honderden kamervragen, debatten, brieven en moties zijn over dit onderwerp te vinden. Die parlementaire stukken zijn grofweg in twee categorieën te verdelen. Ten eerste: Wat moet Nederland doen in de internationale context? De Tweede Kamer debatteerde over de deelname aan president Obama’s Coalition against ISIS, ook al was deelname aan dit internationale overleg volgens (toen nog) minister Timmermans niet mogelijk omdat Nederland niet meer paste in de vergaderzaal voor dit overleg. Ook verschilden de diverse Kamerleden van mening over het gebrek aan mandaat om niet alleen in Irak maar ook in Syrië zelf tot humanitaire interventie over te gaan. Een hoog politiek gevoelige discussie: Hoe ga je over tot het aanpakken van IS in Syrië, terwijl je de zittende regering onder leiding van Assad niet sterker wilt maken?

De tweede categorie vragen die centraal staan bij terreurdreigingen zijn niet extern maar intern gericht: Welk effect heeft het terrorisme in het Midden-Oosten in Nederland? Hoe om te gaan met Syriëgangers die terug keren, zoals de 19-jarige Aïcha, die door haar moeder werd teruggehaald? En hoe moet Nederland zich wapenen tegen IS-sentiment onder groepen binnen Nederland? Tweede Kamerlid Pieter Heerma (CDA) pleitte bij de behandeling van de begroting van Sociale Zaken voor een verbod op Sharia partijen. Iets wat uiteraard binnen de huidige wettelijke kaders een taak van de rechter is en niet van parlementariërs of regering.

Europese naheffing

Waar het in de discussies over terrorisme handelt om iets dat ver weg is en vooral niet dichtbij moet komen, geldt het tegenovergestelde wanneer het over de Nederlandse bijdrage aan Europa gaat. Eind oktober werd bekend dat Nederland een Europese naheffing van 642,7 miljoen euro voor 1 december moest betalen. Dit zorgde voor veel ophef, zowel binnen als buiten Den Haag. Tijdens het hierover gehouden debat kregen zowel Dijsselbloem als Rutte veel kritiek van de oppositiepartijen CDA, D66, SP, PVV, ChristenUnie, SGP en GroenLinks. Van een scheidslijn tussen pro-Europese en eurosceptische partijen leek geen sprake meer. Het overgrote deel van de kritiek ging over de hoogte van de naheffing en de berekening hiervan, maar het meest lijkt de kamer verontwaardigd over het tijdstip en de wijze van informeren door Dijsselbloem. Dijsselbloem had de kamer (en Rutte) veel eerder kunnen en moeten inlichten over de naheffing. Dijsselbloems verbazing over de hoogte van de naheffing verbaasde de Kamer op haar beurt weer. Volgens de Kamer had Nederland zelf kunnen berekenen hoe hoog de naheffing zou zijn. En dat verbaasde Dijsselbloem weer. De PVV diende een motie van wantrouwen in waarmee de partij inmiddels verantwoordelijk is voor ongeveer de helft van het aantal ingediende moties van wantrouwen (ruim 40) in de afgelopen twintig jaar, toch knap voor een partij die zelf nog geen decennium bestaat, maar dit terzijde. Nu volgens Dijsselbloem de feiten en cijfers van de naheffing kloppen zal Nederland deze voor september 2015 (moeten) betalen. De Kamermeerderheid steunt het kabinet.

Gegevensbescherming

Privacy wint steeds meer aan politieke aandacht, zowel in Nederland als daarbuiten. Meerdere malen zijn het afgelopen jaar persoonsgegevens van de Nederlandse burger in verkeerde handen terecht gekomen door lekken in systemen of diefstal door hackers. De hoeveelheid aan kamervragen geeft aan dat de kamerleden zich ervan bewust zijn dat privacy meer aandacht vereist in een steeds digitaler wordende wereld. In het kader van transparantie en governance van collectieve beheersorganisaties van auteursrechten wordt in het begin van het jaar een nieuwe auteursrechtenrichtlijn besproken. In het voorjaar is men druk met de nieuwe EU-regels met betrekking tot bescherming van persoonsgegevens. Een nieuwe Algemene privacyverordening en privacyrichtlijn voor politie en justitie is in de maak. Soms komt het belang van gegevensbescherming ook kijken in het eerder genoemde internationale thema terrorismebestrijding, onder andere in debatten over de uitwisseling van bankgegevens en passagiersgegevens.

Terrorisme, geld en privacy zijn drie onderwerpen die er, allen om hun eigen reden, wel in slaagden breed in de media te komen en zo de burger te bereiken. Dit zijn slechts drie onderwerpen, en de vraag is hoeveel van al de andere thema’s onopgemerkt aan de burger is voorbijgaan?