Het referendum over het Associatieverdrag gaat door!

dinsdag 27 oktober 2015, 9:38, analyse van Prof.Mr. Aalt Willem Heringa

De Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft gesproken; de appellant die beroep had ingesteld tegen het oordeel van de Kiesraad dat er 427.000 geldige steunbetuigingen waren en dus was voldaan aan de minimaal vereiste 300.000, is in zijn beroep niet ontvankelijk verklaard. De reden was dat de appellant niet rechtstreeks in zijn belang getroffen was door het besluit van de Kiesraad. Om als belanghebbende in de zin van de Awb te kunnen worden aangemerkt, dient een natuurlijk persoon een voldoende objectief en actueel, eigen en persoonlijk belang te hebben dat hem in voldoende mate onderscheidt van anderen en dat rechtstreeks wordt geraakt door het besluit. En dat is volgens de Raad van State niet het geval.

Daarmee is er dus wel een lacune. Tegen besluiten dat er voldoende handtekeningen zijn kan dus in wezen niet worden opgekomen, want een ieder die daartegen opkomt loop het risico niet ontvankelijk te worden verklaard.

Andersom kan wel beroep worden ingesteld als de Kiesraad besluit dat er onvoldoende handtekeningen zijn omdat er bij voorbeeld dubbele handtekeningen of ongeldige handtekeningen waren. Dan valt aan te nemen dat de organisatoren wel een objectief en actueel eigen belang hebben. Het is niet zo gek om in referendumkwesties de kring van beroepsgerechtigden wat ruimer te trekken, zoals dat ook her en der in de Kieswet is gebeurd. Zo bepaalt art. S5 daarvan dat iedere kiezer beroep kan instellen; insgelijks art. I17 over besluiten betreffende de geldigheid van kandidatenlijsten. Zulks zou ook nuttig zijn voor referendum besluiten van de Kiesraad. Een rechterlijke controle op de kwaliteit van de handtekeningen is voldoende belangrijk om een uitzondering te maken op / een aanvulling te maken op de normaal geldende eis van het rechtstreeks in zijn belang getroffen zijn. Kortom, iets voor een wijziging van de Wet raadgevend referendum.

Tegen de uitspraak van de Raad van State staat geen rechtsgang meer open. Het vervolg is nu dat de referendumcommissie aan zet is en een datum moet bepalen alsmede de vraagstelling dient vast te stellen. En dan gaan we stemmen over de goedkeuring van een lang en ingewikkeld verdrag. Een verdrag dat met ruime meerderheden door de Tweede en Eerste Kamer werd aanvaard (met alleen de Partij voor de Dieren, SP en PVV tegen). En een verdrag waarvan er vele in zijn soort zijn. Kort geleden stemde het parlement ook in met associatieverdragen met Georgië en Moldavië, bij voorbeeld. Een verdrag dat vele verplichtingen legt op Oekraïne om het overheidsbestuur te verbeteren en wederzijds handelsbelemmeringen moet doen wegnemen. Niet iets om tegen te zijn.