N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
'Onze overheid moet weerbaarder worden (en daar kan de wetenschap bij helpen)'
Een versplinterd politiek landschap, permanente druk van de actualiteit en een steeds politieker geworden ambtenarenapparaat: onze overheid kent veel uitdagingen. Het nemen van belangrijke besluiten over pensioenen of het klimaat worden daardoor steeds moeilijker. Wetenschap en goed onderwijs kunnen de uitdagingen van het overheidsbestuur helpen aan te gaan, betogen bijzonder hoogleraren Anchrit Wille en Caspar van den Berg.
Sinds november 2021 bekleden zij de leerstoel Transities in de Publieke Sector, ingesteld door het CAOP, een kenniscentrum voor vraagstukken in het onderwijs, de zorg en de overheid. 21 november hielden Wille en Van den Berg allebei hun oratie.
Spanning over oratie
Voorafgaand aan de dubbeloratie was er wel enige spanning bij beide hoogleraren, want hun teksten deelden ze bewust niet met elkaar. Wille: 'Ik heb nog wel bedacht: is het erg als er tegenstrijdige inzichten zijn? Maar dat is juist onderdeel van de wetenschap, geen probleem dus.' Van den Berg was enigszins bezorgd over eventuele overlap, zegt hij met een lach. 'Ik moest als tweede, dus mochten er dubbelingen zijn, dan was voor mij problematischer geweest. Maar ja, op dat moment zit je met je geprinte tekst in het auditorium en kun je toch niets meer doen.'
-
-De twee bijzonder hoogleraren / CAOP
-
-Anchrit Wille / CAOP
-
-Caspar van den Berg / CAOP
Een luchtkasteel
Reden tot zorg was er niet, want hoewel ze beiden Max Weber aanhaalden, lag de focus op verschillende theorieën van de Duitse politiek socioloog. Wille sprak over het politieke primaat, het principe dat in een democratie gekozen politici belangrijke beslissingen nemen en niet ambtenaren, lobbyisten, of bepaalde experts. Maar onder andere de veranderlijke kiezer, de versplintering van de politiek en een verkruimeld ambtelijk apparaat, zorgen ervoor dat 'het politieke primaat is verworden tot een luchtkasteel. De politiek is de baas, maar tegelijkertijd is niemand de baas', aldus Wille.
Van den Berg nam het door Weber beschreven principe van de bestuurlijke bureaucratie als onderwerp. Volgens de hoogleraar slaat het huidige ambtelijke apparaat soms door in politiek-strategische rationaliteit, en staat vakinhoudelijke kennis onder druk. De toeslagenaffaire, de stikstofcrisis en de woningnood: de overheid levert vaak niet wat het belooft en is daardoor haar 'robuustheid' kwijt en dat draagt bij aan een dalend vertrouwen. Van den Berg pleit daarom voor een apolitiek en kundig overheidsapparaat, en dat de juridische waarborgen weer meer nadruk krijgen binnen de rijksdienst. 'De Rijksoverheid moet van Champions League niveau zijn willen we alles bij elkaar houden.'
Volgens hem staat de politieke arena, maar ook het samenspel tussen politiek en het ambtelijke apparaat zwaar onder druk. 'Het is een periode om waakzaam te zijn. We moeten goed opletten in welke richting we gaan bewegen.' Ook Wille ziet dat er een disbalans is. 'Aan de ene kant willen we de burger meer inspraak geven in de politiek, maar tegelijk wil de politiek de teugels strak houden, zodat beleid uitgevoerd kan worden.'
Haagse kopstukken in de collegezaal
Wetenschap kan helpen om die bestuurlijke disbalans te analyseren, is Wille van mening. De gedeelde leerstoel Transities in de Publieke Sector kan daar een bijdrage aan leveren. Beide hoogleraren zien het als hun taak om wetenschappelijke inzichten vanuit de politicologie en bestuurskunde door te laten sijpelen in de politieke en ambtelijke arena. Tegelijk moet er door de wetenschap beter geluisterd worden naar de behoeften die binnen die arena leven. De manier van onderwijs geven kan daar al aan bijdragen. 'Het mooie aan college geven in Den Haag is dat je gemakkelijk Haagse kopstukken in de collegezaal te krijgen als gastspreker. Theorie is belangrijk, maar studenten moeten die theoretische inzichten ook kunnen verbinden met gebeurtenissen uit de praktijk', aldus Van den Berg.
Al ruim een jaar delen Wille en Van den Berg hun leerstoel. Veel eerder deelden ze ook een kantoortje aan de Schouwburgstraat in Den Haag. 'We hebben elkaar in die tijd goed leren kennen, dus we weten wat we aan elkaar hebben', grapt Wille. Van den Berg knikt instemmend: 'Anchrit heeft in het verleden al laten zien dat ze met haar wetenschappelijk onderzoek heel veel impact kan hebben op het maatschappelijk debat'. 'Caspar is naast wetenschapper ook senator’, vertelt Wille. ‘Hij heeft zoveel contacten en is eigenlijk de belichaming van de link tussen wetenschap en de bestuurlijke praktijk.'