‘Een ongekend systeemfalen’: vier beschouwingen over het rapport van de parlementaire enquête aardgaswinning Groningen

dinsdag 28 februari 2023, 12:30

DEN HAAG (PDC) - Afgelopen vrijdag 24 februari bood de parlementaire enquêtecommissie aardgaswinning Groningen (PEGAS) onder leiding van Tom van der Lee haar rapport Groningers boven gas aan de Tweede Kamer aan. De commissie voor Economische Zaken en Klimaat zal zich nu buigen over dit rapport, zodat hierover een Kamerdebat kan worden voorbereid.

Het omvangrijke rapport naar aanleiding van de parlementaire enquête aardgaswinning Groningen is zeer kritisch over het handelen van de staat ten opzichte van de Groningers. Na langdurig onderzoek werd gesteld dat de financiële belangen stelselmatig boven de veiligheid en belangen van de bewoners van het aardgasgebied zijn geplaatst. Het rapport doet onder meer aanbevelingen over het menselijker afhandelen van de schades ten gevolge van de aardbevingen en over het versterken van huizen.

Met de publicatie van het rapport is de kwestie Groningen zeker nog niet afgedaan, het roept zelfs nieuwe vragen op. Wat betekent het rapport voor het vertrouwen in de politiek van de Groningers? Welke structurele veranderingen zal de parlementaire enquête teweeg brengen? Op deze pagina zijn vier eerste analyses over het rapport verzameld door het Montesquieu Instituut.

Inhoudsopgave van deze pagina:

1.

Een eerste commentaar

Jan Schinkelshoek

De parlementaire enquete naar de aardgaswinning in Groningen heeft een stevig, bij vlagen snoeihard rapport opgeleverd. Het gaat over ‘ongekend systeemfalen’, over ‘diepe kloven’, over ‘volledig verloren gegaan vertrouwen’, over ‘wegkijken’, over ‘stelselmatig miskend leed’, over ‘onbegrijpelijke papierwinkel’ en over ‘gezwalk’. Dat liegt er niet om.

2.

Een inhoudelijke analyse

Herman Bröring

Geld boven mensen. Groningen wingewest. De kloof tussen Den Haag en deze regio. Een overheid die niet in staat is de door haarzelf veroorzaakte problemen op te lossen, maar deze juist deels heeft verergerd. Een Tweede Kamer die weinig kon uitrichten. Deze en andere bevindingen van de Parlementaire enquêtecommissie aardgaswinning Groningen waren de gedupeerde Groningers natuurlijk al ruimschoots bekend. Wat hebben zij dan aan het op 24 februari 2023 verschenen rapport van deze enquêtecommissie? Onderstaand antwoord spitst zich toe op het verdwenen vertrouwen van burgers in de overheid.

3.

De parlementaire enquête in historisch perspectief

Dirk Jan Wolffram

Al vanaf de RSV-enquête uit 1983 draaien enquêtes niet alleen om waarheidsvinding, maar vooral ook om politieke verantwoordelijkheid. De praktijk is dat een zittende minister wordt aangesproken op eigen beleid en dat van voorgangers. Opmerkelijk is dat in de Parlementaire enquête aardgaswinning Groningen de ‘schuldvraag’ nauwelijks een rol speelt. Centrale conclusie is dat de gaswinning is uitgelopen op ‘een ongekend systeemfalen’ waarin publieke en private partijen betrokken waren en waarin de belangen van Groningers ‘stelselmatig’ zijn genegeerd. De vraag is ook wie in dit geval die verantwoordelijkheid zou moeten dragen. Erik Wiebes, die de schadeafhandeling en de versterkingsoperatie vanaf 2018 ernstig vertraagde is al afgetreden vanwege de toeslagenaffaire. Henk Kamp, als minister verantwoordelijk voor het besluit om in 2013 de winning van gas te vergroten tegen de adviezen van het Staatstoezicht op de Mijnen in, is ook al lang weg, net als de verantwoordelijke bestuurders uit een verder verleden.

4.

Groningers boven gas en het vertrouwen in de politiek

Gerrit Dijkstra en Frits van der Meer

De gaswinningsaffaire in Groningen is de zoveelste zaak waarbij recent het optreden van de politiek en de overheid ter discussie staat. Ze passen in een reeks van erfenissen uit de afgelopen dertig jaar en in het geval van Groningen langer. De neerslag is te vinden in parlementaire enquêtes en onderzoeken. Het inzetten van dergelijke middelen is al een teken dat er iets fundamenteel mis is en dat het vertrouwen in het openbaar bestuur is geschaad. Het vertrouwen in de politiek is buiten de Randstedelijke provincies veel lager dan in de provincies Noord- en Zuid-Holland en Utrecht. In de provincie Groningen is het vertrouwen buitengewoon laag en dat heeft alles te maken met de aardbevingsproblematiek.