Europa gaat voor zeven magere jaren

vrijdag 1 juli 2011, 11:40, analyse van Dr. Jan Werts

Europa verdubbelt de steun aan Griekenland naar het megabedrag van ruwweg 200 miljard euro. Voorwaarde is dat Athene 28 miljard extra bespaart en voor 50 miljard staatsbezit verkoopt. Het dreigend bankroet van Griekenland is aldus uitgesteld. Tegelijk kiest Europa zelf voor zeven magere jaren. De Commissie mikt op een ongekende bijna bevriezing van de uitgaven tot 2020.

Inhoudsopgave van deze pagina:

1.

Redding Griekenland

De landen met de euro zetten hun gigantische financiële steun aan Griekenland voort. Medio juli komt de vijfde schijf van 12 miljard euro beschikbaar, zo is de verwachting. Zij is onderdeel van de lening van 110 miljard die de EU en het IMF Griekenland vorig jaar beloofden. Tegelijk begint het beraad over aanvullende steun van nog eens circa 85 tot mogelijk 100 miljard euro. Het gaat om circa 60 miljard uit de landen met de euro en circa 30 miljard uit de verkoop van Grieks staatsbezit.

Er is echter een belangrijk verschil met voorjaar 2010 toen de steunverlening begon. Het is nu onzeker of Griekenland de steun volledig terugbetaalt. Het land is virtueel failliet. Vorig jaar was de verwachting nog dat Griekenland vanaf 2012 weer op eigen benen zou staan. 

De besluiten van de Europese Raad van 23 en 24 juni resulteerden in cruciale positieve stemmingen einde juni in het Griekse parlement.  Inzet waren nieuwe bezuinigingen en belastingverhogingen van in totaal ruim 28 miljard. Bij dat pakket hoort bovendien de verkoop van Grieks staatsbezit tot 2015 ter waarde van 50 miljard euro om leningen af te lossen.

Gezien het soms zelfs gewelddadige verzet in de Griekse samenleving bestaat er in Brussel twijfel of Athene de sanering wel voor elkaar krijgt. Het is veelzeggend dat de ‘grote coalitie’ van het linkse Pasok en het rechtse Nieuwe Democratie, waarop Duitsland en Frankrijk aandringen, niet tot stand is gekomen. Ierland en Portugal zijn de andere landen die aan het infuus van EU/IMF hangen. Daar steunt de oppositie de sanering wel. 

Vlak voor de Europese Raad kwam de trojka van IMF, Europese Commissie en ECB met de regering in Athene nieuwe bezuinigingen en hervormingen van 28,3 miljard overeen.  Ze gelden voor vijf jaar. waarvan zes miljard nog dit jaar. De trojka vindt overigens dat de Griekse overheid tot nu toe voorbeeldig bezuinigt. Tegelijk slaagt Athene er echter niet in de fiscale ontvangsten voldoende te verhogen. Veel Grieken betalen door de gebrekkige fiscale administratie geen belasting. Bovendien loopt door vakbondsverzet de verkoop van staatsbedrijven, die uiteindelijk 50 miljard moet opbrengen, voor geen meter.

Politici en financiële wereld hielden op 29 juni de adem in bij de cruciale stemming in het Griekse parlement. Een Grieks ‘nee’  had betekend dat Europa en het IMF hun bijstand stoppen. De Griekse overheid kon dan geen salarissen meer betalen. Een Grieks faillissement zou schokgolven veroorzaken en wellicht een wereldwijde recessie uitlokken. Dat komt doordat ook Ierland en Portugal wankelen.

Maandenlange twijfel bij de internationale financiële wereld of de EU de euro wel kan redden was dan omgeslagen in paniek, aldus experts. Athene zit dus op zwart zaad maar moet niettemin binnenkort voor twaalf miljard leningen aflossen. Die taak nemen EU en IMF nu over. Wereldwijd hebben beurzen en beleggers het duidelijke Griekse ja (155 tegen 138 stemmen) beloond met koersstijgingen. De euro staat qua koers weer sterk.  

Meteen begint nu het beraad over een aanvullend steunprogramma van circa 85 tot 100 miljard euro. Vorig jaar dachten Athene, de EU en het IMF nog dat 110 miljard wel voldoende was. Griekenland zou vanaf 2012 weer op de kapitaalmarkten kunnen lenen. Maar omdat Athene niet zoveel fiscale inkomsten genereerde als de bedoeling was is tot 2015 forse extra buitenlandse steun nodig.

2.

Zeven magere jaren

In het algemeen gaat Europa voor zeven magere jaren. De meeste staatshoofden en regeringsleiders in de Europese Raad zijn vastbesloten hun zwakke broeders hard aan te pakken. Dat blijkt uit het verloop van de bijeenkomst in juni in Brussel en haar nasleep. Commissievoorzitter José Manuel Barroso heeft de boodschap begrepen.

Hij openbaarde op 28 juni langverwachte voorstellen voor de Meerjarenbegroting 2014-2020. Voor het eerst in het bestaan van de EU mikt de Commissie op vrijwel bevriezing van de uitgaven gedurende zeven jaar. Vergeleken met vandaag wil de Commissie in 2020 vijf procent meer uitgeven. Het Europees Parlement is teleurgesteld. Daar mikt de overweldigende meerderheid op vijf procent (circa zeven miljard euro) verhoging ieder jaar tot aan 2020. Dit laatste voorstel is in de Europese Raad echter kansloos.

Europese Raad en Commissie gaan aldus voorbij aan de wens van de linkerzijde in het Europees Parlement en de vakbeweging voor een wat meer stimulerend economisch beleid. Genoemd meerjarenprogramma wijst er op dat in Europa de wind naar rechts draait. De Commissie volgt het voorbeeld van o.a. Duitsland, Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk, Hongarije, Letland, Slowakije en Nederland waar het streven naar een sluitende overheidsbegroting centraal staat. Het failliete Griekenland kreeg pas steun op voorwaarde van forse binnenlandse bezuiniging en de massale verkoop van staatsbedrijven.

Hoewel de media anders suggereerden stelde deze vergadering van de Europese Raad van 23 en 24 juni weinig voor. Beide dagen waren de nationale politieke leiders ongebruikelijk vroeg klaar. Vanwege de eensgezindheid kwamen de problemen rond de euro slechts een half uur aan de orde. Over het met maar liefst 85 tot 100 miljard euro verhogen van de steun aan Griekenland is nauwelijks gesproken. ‘Hieruit blijkt hoezeer de nationale economieën van de EU-landen inmiddels onlosmakelijk met elkaar vergroeid zijn. Dit dwingt tot lotsverbondenheid’, zegt  Janis A. Emmanouilidis, van het European Policy Centre te Brussel in zijn analyse van de bijeenkomst. Het lijkt wel alsof de solidariteit met Griekenland grenzeloos is. De staatshoofden en regeringsleiders herhalen in hun slotverklaring dat zij ‘al het nodige zullen doen om de financiële stabiliteit van de eurozone in haar geheel te waarborgen’.

Het resolute optreden van de Europese Raad was bedoeld om de financiële markten te tonen dat de EU de euro beslist wil redden. In hun verklaring kiezen de politieke leiders unaniem voor voortgaande sanering van de overheidsuitgaven, voor deregulering en voor versterking van de concurrentiekracht van Europa. Een brochure van voorzitter Herman Van Rompuy over het toekomstige bouwwerk van de Europese Raad wekte afkeuring op. ‘Ziedaar de spilzucht van Brussel’, aldus  de Britse premier David Cameron.

In dit verloop van de bijeenkomst weerspiegelt zich dat in Europa vandaag centrumrechts regeert. De belangrijkste overgebleven sociaal-democratische regeringsleiders, Zapatero in Madrid en Papandreou in Athene, zijn in eigen land aangeschoten wild. De samenstelling van de Europese Raad als ‘regering van de EU’ weerspiegelt vandaag die van eind jaren negentig. Toen was de Raad in handen van sociaal-democraten.

Hoe de sfeer nu is voelde de nieuwe Griekse minister van Financiën Evangelos Venizelos. Bij zijn debuut in de EcoFin op 19 juni smeekte hij de andere ministers van financiën om enig begrip voor zijn penibele startsituatie. De Griek oogstte daarmee van diverse kanten slechts hoon onder andere van minister Jan Kees de Jager. Achterliggende reden is dat de ministers er rekening mee beginnen te houden hun geld voor Griekenland niet terug te zien. ‘Alle 17 eurolanden zitten in dezelfde boot. Zinken de Grieken, dan zinken we allemaal’, aldus een diplomaat in Brussel. 

3.

Rol Rutte en De Jager

Dank zij de euro kon Griekenland jarenlang goedkoop lenen en zo doende boven zijn stand leven. De staatsschuld groeit nog steeds en beloopt al meer dan anderhalve keer het totale bnp van het land. Dat is dubbel zo hoog dan het gemiddelde van de andere landen. Om de schuldaangroei te stabiliseren moet Griekenland een overschot hebben op zijn overheidsbudget van zes procent. In werkelijkheid zitten ze op zes procent deficit.

Nederland, Duitsland en Finland henben in de Europese Raad afgedwongen  dat de financiële instellingen (banken, verzekeraars, pensioenfondsen) vrijwillig gaan bijdragen aan het redden van Griekenland. Dat kan bijvoorbeeld doordat zodra een Griekse lening afloopt, de geldschieter meteen een identieke lening geeft. Men spreekt van het doorrollen van de obligaties.

Worden echter de verzekeraars en pensioenfondsen door IMF en EU gedwongen hun beleggingen te verlengen, dan krijgt het land de status van bankroet. Dat laatste hadden de kredietbeoordelaars Moody’s, Standard & Poor’s en Fitch in de aanloop naar de Europese Raad bekend gemaakt. Zij geven Griekenland in dat geval de status D van ‘default’ (wanbetaler, failliet). Dan wil niemand Griekenland nog lenen.

In zijn brieven aan de Tweede Kamer van 6 en 19 juni schetste minister Jan Kees de Jager van Financiën verschillende opties. De zaak op zijn beloop laten was een mogelijkheid. Griekenland zat dan begin juli aan de grond. Na een wanordelijk faillissement van de banken moet het land de euro verlaten. De gigantisch omvangrijke Griekse obligaties in handen van buitenlandse financiers verliezen volgens Standard & Poor’s dan de helft tot zeventig procent van hun waarde. Dit betreft vooral Franse, Belgische en in mindere mate Duitse financiële instellingen.

Opmerkelijk is dat de schade bij Nederlandse banken, pensioenfondsen en verzekeraars relatief meevalt. PVV-leider Geert Wilders propageerde daarom die optie van schuldafboeking. Wilders kreeg daarbij de steun van vooraanstaande economen zoals W. Buiter, B. Eichengreen, M. Feldstein, P. Krugman en Sweder van Wijnbergen. Nederland volgde de optie ‘niks doen’ echter niet omdat dan behalve Griekenland ook Portugal, Ierland en wellicht Spanje zullen omvallen. De Jager voorziet daardoor een recessie met miljardenverliezen en aantasting van onze werkgelegenheid en de pensioenen.

Een tweede zéér belangrijke (maar zelden vermelde) reden om nu (nog) niet aan schuldkwijtschelding te doen is dat de Grieken dan meteen achteroverleunen. Zij stoppen na kwijtschelding met fors te bezuinigen. De andere landen van de eurozone hebben dan tientallen miljarden tevergeefs in een bodemloze Griekse put gestort.

Om dit scenario te vermijden, dan wel uit te stellen, bepleitte premier Marc Rutte in navolging van Duitsland voor voortgezette aanvullende overheidssteun echter met participatie van de financiële wereld, dus banken, pensioenfondsen, verzekeraars. Dat laatste niet dwingend maar vrijwillig. Particuliere financiers verlengen in die formule vrijwillig af te lossen Griekse staatsobligaties.

Hoe groot het aandeel van de financiële wereld in de vereiste aanvullende totaalsom van minstens 85 miljard wordt is nog niet duidelijk. Men spreekt van 30 miljard. Duitsland en Frankrijk hebben al een principeakkoord bereikt met de betrokken particuliere geldschieters. Zij zouden ruwweg 70 procent van hun aflopende leningen ‘vrijwillig’ herinvesteren. De andere landen met de euro onderhandelen hierover nog.

Vorig jaar deed De Jager alsof overheidsleningen aan Griekenland lucratief zijn omdat Nederland een hoge rentevergoeding ontvangt. Nu schrijft de minister de Tweede Kamer ‘alle genoemde scenario’s  brengen risico’s voor de Nederlandse  belastingbetaler met zich mee’. Maar het veelgehoorde ‘wij kunnen fluiten naar onze centen’ vindt De Jager overdreven. Nog nooit heeft een welvarend land zijn schulden niet afbetaald, aldus de minister. Maar de volgende alinea schrijft hij dat het ‘absoluut geen aantrekkelijk vooruitzicht is om verdere steun aan Griekenland te  verstrekken’. Conclusie: Nederland doet noodgedwongen mee ‘op hoop van zegen’.

De aanpak van de Europee Raad was voorbereid in de Eurogroep van 19 juni onder leiding van de Luxemburgse premier en minister van Financiën Jean-Claude Juncker. In werkelijkheid berust de gekozen formule (opnieuw!) op een op 17 juni gesloten compromis tussen president Nicolas Sarkozy en kanselier Angela Merkel.

Duitsland en Nederland hadden eigenlijk verplichte deelname van de particuliere financiers gewild. De publieke opinie vindt dat eerlijker. Anders ligt de rekening als Griekenland kapseist volledig bij de belastingbetaler. Toch haalde die benadering het niet. Dat kwam door genoemde vrees voor verlies van vertrouwen bij het internationale bankwezen, vervolgens paniek en uiteindelijk een recessie.

President Jean-Claude Trichet van de ECB is om nog andere redenen mordicus tegen. De ECB puilt uit van ter steunverlening opgekochte ‘waardeloze’ Griekse obligaties. De ECB zou als Griekenland omvalt, een megaverlies lijden.

Na maandenlange discussie hebben de Europese leiders samengevat kordaat voor een middenkoers gekozen. ‘Europa traag? Dat lijkt maar zo’, concludeerde de Volkskrant terecht.

Europa blijft Griekenland steunen, maar op strikte condities. De sanering gaat lang duren en verloopt stap voor stap, aldus premier Rutte in Brussel. Tegelijk begint op vrijwillige basis nu het onvermijdelijke proces van schuldkwijtschelding in de vorm van het doorrollen van de obligaties. Aan de horizon verschijnt de zogenaamde ‘haircut’, dat is het ten dele afstempelen van de leningen omdat Griekenland niet kan aflossen.

Tenslotte krijgt Griekenland van de Commissie onmiddellijk toegang tot een miljard euro uit de Europese fondsen. Dat geld hoeft Athene niet terug te betalen. Het is bedoeld voor gerichte investeringen in economische groei en banen. Dit gebaar moet de vrees wegnemen dat het land zijn zwakke economie momenteel ‘kapot bezuinigt’.

4.

Ruzie over Economic Governance

Tussen de Europese Raad en het Europees Parlement is een ernstig conflict ontstaan over het toekomstig voorkomen van een Griekse crisis. Er liggen daartoe zes uitvoerige wettelijke maatregelen onder de naam ‘Sixpack’. Inzet is het toezicht op regeringen die de limiet van drie procent overheidstekort en de maximale staatsschuld van 60 procent van het BNP overschrijden. Er geldt dan een afschrikwekkende boete voor het betrokken land, maar wie legt die straf op?

Het Europees Parlement wil dat de onafhankelijke Europese Commissie dat voortaan doet. Alleen een gekwalificeerde (ruwweg driekwart) meerderheid van de EcoFin ministers mag zo’n besluit tot beboeting nog tegenhouden. Nederland en ook Duitsland steunen die benadering. Maar Frankrijk, Italië en Spanje staan er op dat de boete alleen doorgaat als de ministers met grote meerderheid daarmee instemmen.  Het verleden heeft echter geleerd dat er dan nooit een boete komt. Nationale regeringen sanctioneren elkaar niet gauw. Het overleg hierover gaat deze zomer door.

Komt er geen akkoord dan verdwijnen alle zes beoogde wettelijke maatregelen automatisch in de prullenbak. Zo zijn de spelregels. Verwacht wordt dat het Europees Parlement om dit laatste te vermijden alsnog inbindt. Dit laatste betekent dan wel een forse verzwakking van het ‘Sixpack’. Het was de bedoeling de qua economisch beleid onontwikkelde eMU om te bouwen tot een volwassen EMU. Maar zoals het nu gaat valt het beoogde gezamenlijk gedragen economisch beleid alsnog in het water.

5.

Europees Semester: bla bla

Na het ‘Sixpack’ wordt de veelbesproken ontwikkeling van een Europees Semester een tweede anticlimax. Als reactie op de crises in Griekenland, Ierland en Portugal leggen alle EU-landen voortaan hun conceptbegrotingsplannen aan de Commissie voor. Zij beoordeelt vervolgens die plannen en geeft onafhankelijk advies. Eerder hadden politici bezwaar aangetekend tegen dergelijke ‘Europese inmenging’ in hun begrotingspolitiek.

Het was namelijk de bedoeling de kritische opmerkingen van de Commissie onderling te bespreken (peer pressure). De Europese Raad heeft echter deze 27 landenspecifieke adviezen zonder veel discussie overgenomen. ‘Dat zijn slechts Commissie-ideeën. Ik denk niet dat wij die een voor een gaan overnemen’, zei kanselier Angela Merkel op haar persconferentie. Het ooit veelbelovende Europees Semester wordt aldus een bla bla project.

6.

ECB-President Mario Draghi

De president van de Italiaanse Centrale Bank, Mario Draghi (63), volgt per 1 november Jean-Claude Trichet op als president van de ECB. Trichet gaat met pensioen. Na Wim Duisenberg (1998-2003) en Trichet (sedert 2003) wordt Draghi de derde president. De Europese Raad en Europees Parlement hebben de benoeming zonder problemen afgewikkeld.

Draghi wordt gezien als een bekwaam en ervaren bankier met veel internationale ervaring. Het hoofddoel van de EMU, een stabiele euro met hoogstens twee procent inflatie, is hem wel toevertrouwd, zo menen alle deskundigen. In vergelijking met de diplomatieke en sympathieke Duisenberg en Trichet treedt Draghi echter eerder bot op. Dat bleek bij zijn hoorzitting voor het Europees Parlement waar Draghi zijn intellectuele kwaliteiten overigens overtuigend toonde.

Er was nog wel even een probleem met Frankrijk. Hoewel dit land na het vertrek van Trichet geen zetel kan claimen, accepteerde president Sarkozy het niet als zijn land niet meer vertegenwoordigd was in de zeskoppige directie van de ECB. De Italiaan Lorenzo Bini Smaghi, momenteel directielid, maakt onder druk nu plaats voor een Fransman

7.

Komst Kroatië

De Europese Raad zette het licht op groen voor Kroatië (4,4 miljoen inwoners) als 28e Lidstaat. De onderhandelaars hebben vervolgens op 30 juni de onderhandelingen na bijna zes jaar afgesloten. Nu gaan de 27 EU-landen ratificeren. Gemikt wordt op 1 juli 2013 als toetredingsdatum.

Op verzoek van Nederland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk  worden ‘passende maatregelen’ genomen als Kroatië zijn verplichtingen niet naleeft. Nederland wil voorkomen dat na Roemenië en Bulgarije weer een land bij de EU komt dat daarvoor niet klaar is, aldus Rutte in Brussel.

8.

Schengen op de helling

Premier Rutte verwacht dat Nederland in de toekomst zijn grenzen kan sluiten voor mensen die elders de EU op ondeugdelijke gronden zijn binnengekomen. ‘Er komt een nieuw evaluatiesysteem voor het hele Schengen gebied. Dit is echt een doorbraak’, aldus Rutte. De conclusies van de top openen de optie waarbij een land ‘geconfronteerd met zware druk’ aan zijn grenzen tijdelijk ‘opnieuw controles aan de binnengrenzen’ kan starten.

Een ander aanknopingspunt voor grenssluiting is de situatie waarbij een EU-land dat de buitengrenzen controleert (b.v. Roemenië) dat niet naar behoren doet. Volgens Rutte betekent dit een duidelijke verscherping van Schengen dat destijds het paspoortvrije reizen binnen Europa introduceerde. Frankrijk sloot onlangs zijn grens met Italië teneinde gevluchte Tunesiërs en Libiërs te weren. Ook Denemarken stelde al grenscontroles in.

De Europese Commissie komt in september met voorstellen voor een meer uniforme aanpak. Beperking van het vrije personenverkeer ligt politiek (en emotioneel) zéér gevoelig. Het is daarom zeer de vraag of Ministerraad EU en Europees Parlement hierover tot overeenstemming komen. Zolang dat niet gebeurt geldt de bestaande Schengenregeling. 

Tegelijk worden de personencontroles aan de buitengrenzen van de EU aangescherpt. Frontex krijgt meer eigen materiaal zoals boten en vliegtuigen. Rutte: ‘Het gaat niet om het aantal grenspalen of het aantal rechters, maar of degenen die Schengen uitvoeren bekwaam en niet corrupt zijn’

9.

Meer informatie