Heronderhandelen

maandag 24 april 2023, 13:00, Prof.Dr. Bert van den Braak

Een regeerakkoord of afspraken tussen (nieuwe) coalitiegenoten bevatten als regel moeizaam overeengekomen compromissen voor het kabinetsbeleid in de aankomende vier jaar. Er kunnen allerlei factoren zijn waardoor die afspraken moeten worden bijgesteld en nieuwe onderhandelingen nodig zijn. Dat was in het verleden geregeld het geval.

Financieel-economische ontwikkelingen maakten regelmatig (her)onderhandelingen nodig. Tijdens de kabinetten-Lubbers I en II vroegen zowel VVD als CDA enkele keren om het openbreken van de formatieafspraken. CDA-fractievoorzitter Bert de Vries bepleitte dat bijvoorbeeld al in april 1983 (het kabinet trad november 1982 aan) vanwege het uitblijven van economisch herstel. Kabinet en VVD wezen dat toen af. In 1991 waren extra ombuigingen nodig, omdat het beeld van de begroting ongunstiger was dan gehoopt. CDA, PvdA en kabinet-Lubbers III bereikten een akkoord over aanpassing van het regeerakkoord (de zogenoemde Tussenbalans). Tijdens het vierde kabinet-Balkenende werden, vanwege de problemen door de financiële crisis, vanaf 2008 moeizame onderhandelingen gevoerd over aanpassingen in het begrotingsbeleid. Dat leidde in 2009 tot een aanvullend begrotingsakkoord.

Maar ook andere onderwerpen werden soms (opnieuw) ter discussie gesteld en aangepast. In mei 1987 liet minister van Defensie Wim van Eekelen de in het regeerakkoord uit 1986 vastgelegde jaarlijkse groei van twee procent van het defensiebudget los. Begin 1989 onderhandelden CDA en VVD over uitleg van de mediaparagraaf in het regeerakkoord. De VVD vreesde dat het CDA de komst van commerciële omroep wilde bemoeilijken.

Na de vorming van het kabinet-Rutte II ontstond in de VVD direct onrust over het voornemen een inkomensafhankelijke zorgpremie in te voeren. Die onrust was zo groot, dat heronderhandeling nodig was. Coalitiepartner PvdA stemde daarin toe en de partijen wisten een compromis te bereiken, waarbij het voornemen sneuvelde. Gedurende de kabinetsperiode bleek er bij de PvdA juist (bijna) onoverkomelijke weerstand te zijn tegen het voornemen om illegaal verblijf strafbaar te stellen. Om een crisis af te wenden, was de VVD bereid in te stemmen met intrekking van het al voorliggende wetsvoorstel. De PvdA ging ter compensatie akkoord met een door de VVD gewenste belastingverlaging voor de middeninkomens.

Vaak waren spanningen aanleiding voor heronderhandelingen, maar als regel kwam er wel een oplossing. Dat was bijvoorbeeld in 2005 het geval toen een crisis was ontstaan door verwerping van het grondwetsvoorstel van D66-minister Thom de Graaf over de gekozen burgemeester. Regeringspartners CDA, VVD en D66 onderhandelden daarna over aanpassing van het regeerakkoord. Tegemoetkomingen aan D66 op het gebied van democratische vernieuwing en het mediabeleid (het 'Paasakkoord') maakten dat die partij op een ingelast congres instemde met voortzetting van de coalitie.

Zo'n oplossing was er eerder niet in maart 1977, toen ARP en KVP zich tegen de voorgenomen wetgeving over de grondpolitiek keerden. Die was vastgelegd in de conclusies van het preconstituerende overleg van het kabinet-Den Uyl. De fracties van ARP en KVP hadden echter nogal ingrijpende amendementen ingediend, die minister van Justitie Van Agt welwillend beoordeelde. Dat leidde tot spanningen. In en met het kabinet werd enige weken onderhandeld over een uitweg, waarbij een andere regeling van de schadevergoeding bij onteigening centraal stond. Toen daarover geen overeenstemming mogelijk bleek, viel het kabinet.

(Her)onderhandelen is niet uitzonderlijk. Het hangt van de bereidheid van alle partijen om tot een compromis te komen af of een crisis wordt afgewend. Toen CDA en ChristenUnie in 2010, anders dan in het regeerakkoord stond, alsnog aanstuurden op voortzetting van een missie in Afghanistan, was dat voor de PvdA een breekpunt. Die crisis diende zich al enkele maanden eerder aan, doordat CDA-minister Maxime Verhagen en PvdA-vicepremier Wouter Bos 'piketpaaltjes' hadden geslagen.

Uiteindelijk is de politieke wil om eruit te komen, doorslaggevend. Het resultaat hangt af van allerlei factoren, zoals de (on)wenselijkheid van een crisis, de ruimte om tot een compromis te komen zonder de geloofwaardigheid te verliezen en de onderlinge verhoudingen. Dát het over enige tijd tot een crisis komt, is dus nog geenszins zeker.

Deze bijdrage stond in